Reisverslagen, Weekend 2011 groep Albert Verhagen
Vrijdag 10 juni 2011:
Vrijdag de heenweg. Om half 9 verzamelen bij d'n Dorpsherberg, want dan konden we op tijd vertrekken omdat het een rit van meer dan 400 km zou zijn. De vooruitzichten voor het weer waren redelijk, maar de temperatuur was erg goed. Rond de 20 graden. Er waren 5 groepen gemaakt om het weekeind in rond te rijden. Ik zat in de laatste groep, waar Albert voorop reed. Na een stuk Boskantse weg zijn we bij Best de snelweg op gegaan om tot zuid Limburg die te blijven volgen. Daar konden we al met wat lekkere heuvelweggetjes beginnen. Al snel zagen we de groep van Mari van Weert ergens aan de koffie zitten, en hebben daar ook maar koffie gedronken. Albert had onderweg wat last van een haperende navigatie. Deze viel steeds uit. Ik had er even naar gekeken, maar kon er ook niet veel aan doen. Toch was het probleem verholpen, want de rest van de dag viel hij niet meer uit. De andere groep bleef daar nog eten, maar wij zijn door gereden na 1 bak koffie. Na verloop van tijd kwamen we in België, en begon het ook te regenen. Helaas. Want er waren veel leuke weggetjes. Ook hadden we op de route een aantal wegwerkzaamheden, waar we meestal gewoon door reden. Soms tot ergernis van de wegwerkers. Bij Francorchamps hadden we er 200 km op zitten, en werd het tijd om te tanken. Peter merkte op dat er naast het tankstation ook een eettent zat, dus maar meteen een frietje met Belgische mayonaise gegeten. Ondertussen kon het ook mooi even regenen zonder dat wij daarvan nat werden. In Duitsland hebben we ook nog een paar regen buitjes gehad, en af en toe natte wegen. Gelukkig konden we de meeste tijd wel over een droge weg rijden, want het was een erg mooie route, met veel snelle bochtige wegen, waar weinig verkeer was. Na 419 km kwamen we in Lutzerath aan. Voor we naar Hotel Maas gingen nog even tanken, zodat de motor klaar is voor de zaterdag, en dan op naar Hotel Maas, waar Stefan Maas en de eerste 2 groepen ons al op stonden te wachtten. Daar kregen we te horen dat Ellen onderuit was gegaan. Het bewijs werd geleverd door de afgebroken spiegel te tonen. Gelukkig had Ellen zelf niet veel. Alleen een lelijke plek op haar handpalm, maar ze kon toch verder rijden. Ze moest ook wel van Gerard. Anders durfde ze misschien nooit meer motor te rijden. Hoe het was gekomen weet ze zelf ook niet. Het wegdek bleek achteraf wel erg glad te zijn, maar geen vuiligheid of grind of zo. Haar voorwiel schoof ineens weg, zonder dat ze er iets aan kon doen. Ook Peter Markus had het een en ander mee gemaakt. Hij was 2 keer omgevallen. Geen schuiver gemaakt zoals Ellen, maar ook hij reed nog gewoon rond. Albert was de kamer sleutels al aan het uitdelen, en zo was het rond 19.00 uur dat er nog 1 groep binnen moest komen. Dat was de groep van Mari van Weert. Deze hadden we voor het laatst gezien bij de eerste koffiepauze van onze groep. Er werd al gebeld, maar niemand nam op; ze waren dus nog aan het rijden. Om 20.00 uur zijn we toch maar aan tafel gegaan, want het buffet stond al klaar. Gerard sprak als voorzitter nog een paar woorden tot de club. Terwijl hij dat deed, arriveerde ook de laatste groep, om 20.15 uur. En met het nodige gemopper kwamen ze een voor een binnen. Ons werd iets duidelijk van “klote navigatie”, maar wat het precies was weet ik nog niet. Ze hadden toch 2 personen met navigatie bij zich, dus dat zou toch goed moeten kunnen komen zou je zeggen. Na een uitstekende avondmaaltijd, werd de avond voortgezet met de nodige potten bier, of andere drank. De stemming zat er ondanks alles wat er gebeurd was toch al goed in. Dat belooft weer een goed en gezellig weekeind te worden. Zeker met weersvooruitzichten voor de komende twee dagen die alleen maar beter zijn dan wat het op de vrijdag was.
Zaterdag 11 juni 2011:
We begonnen om 8.00 uur met het ontbijt. Dit was weer door Stefan in de vorm van een buffet geserveerd. Daarna ging iedereen zich klaarmaken om een van de door Stefan aangeboden ritten te gaan rijden. Om 10.00 uur was iedereen vertrokken, want het was prachtig weer om lekker te gaan rijden. De groep van Albert reed het eerste stuk achter de groep van Mari van Weert aan. Over wat snelle weggetjes naar de Moezel, en dan een heel stuk langs de Moezel. Af en toe reden we de berg op, het Moezel dal uit om dan weer heerlijk met een aantal haarspeldbochten naar de Moezel af te dalen. Het weer kon werkelijk niet beter: de zon scheen volop, af en toe een wolkje, en zo'n 22 graden. Na een kilometer of 80 is er ergens in een druk dorpje aan de Moezel gestopt om wat te drinken. De groep van Mari moest ook meteen weer een stuk gebak eten, dus die waren langer op het terras. Wij Hadden alleen maar koffie, dus konden wij na de koffie zelfstandig verder rijden. Er lagen vele heerlijke weggetjes voor de boeg. Dan weer haarspeldbochten, dan weer lange overzichtelijke snelle stukken met snelle bochten. Er was weinig ander verkeer te bekennen, wat het rijgenot alleen maar ten goede kwam. Al die tijd had de navigatie van Albert nog geen kuren vertoond. Op een gegeven moment begon hij echter telkens uit te vallen. Na wat rondgereden te hebben en diverse pogingen om de navigatie weer aan de praat te krijgen, kwam de groep van Martien de Haan voorbij. Die zaten nog op de route, en deze hebben we maar gevolgd. Al snel gingen zij tanken, wat Albert de tijd gaf om zijn Garmin te resetten. Dat zorgde ervoor dat die het weer deed. We zijn na het tanken maar weer met zijn vijven verder gereden, want achter Martien aan rijden licht toch ver beneden onze optimale toer snelheid. We hadden nog niet gegeten, wat ons na korte tijd deed besluiten om een terrasje dicht bij de Moezel en vlak bij een meertje te pakken. Het was een heel rustig dorpje, zat nog 1 motorrijder (uit Nederland) op het terras. Hij was in zijn eentje met een prachtige gele Ducati 749 aan het rondtoeren. Als snel nadat wij op het terras zaten kwam de groep van Martien aanrijden, en stopte ook bij het terras waar wij zaten. Motors aan de straat geparkeerd trekt toch andere motorrijders aan rond etenstijd. Even later volgde nog een Nederlandse en een Duitse motorrijder ons voorbeeld, en ook de groep van Gerard stopte bij het terras. De eigenaar daar zal wel een goede middag gehad hebben, met al die hongerige motorrijders. Na het verorberen van een heerlijke schnitzel met aardappels en wat “konijnen voer”, zoals Jos Markus de sla omschreef, reden wij weer als eerste groep verder. Alleen maar mooie wegen voor ons. Prachtig droog, en van redelijke tot goede kwaliteit. Af en toe een automobilist voor ons die probeerde om ons voor te blijven, maar meestal verkeer dat makkelijk in te halen was. Na een tijdje kwamen we bij Cochem aan, en zagen we het zoveelste bord, verboden in te rijden met “anlieger frei” eronder. Zoals alle andere keren reden wij gewoon door; toch gewoon proberen want met de motor kunnen we er vaak wel door. Hier konden we er niet door, want het centrum van Cochem was afgesloten vanwege een of andere activiteit. Dus mochten we weer over het mooie bochtige weggetje waarover we naar Cochem gekomen waren terug, een andere route zoeken. Even later waren we toch aan de Moezel, en na die een stukje gevolgd te hebben, stond Lutzerath weer aangegeven. We waren dus bijna bij het hotel. Dat was maar goed ook, want er begonnen al dreigend donkere wolken te komen. Alleen was dat laatste weggetje van de Moezel richting Lutzerath toch nog erg gevaarlijk. Normaal staan haarspeldbochten wel aangegeven met van die grote witte vierkante borden met een rode pijl erop, maar daar stond niets. Niets waarschuwde voor een scherpe bocht. Toch nog wel een leuk weggetje om mee af te sluiten. We waren precies op tijd bij Hotel Maas terug. Toen we daar voorbij reden om eerst nog even te gaan tanken was het nog droog, maar toen wij bij het tankstation waren begonnen de eerste druppels al te vallen. Na een voldane rit van 295 km begaven we ons naar de hotelkamer voor een welverdiende douche. En terwijl ik dit op de hotelkamer zit te typen hoor ik continue motorrijders voorbij komen. Die hoor je hier niet alleen veel, we zijn er ook al honderden onderweg tegen gekomen.
Zondag 12 juni 2011:
Het zou weer een prachtige dag worden. Mooi weer. Niet te warm. Iedereen stond rond half 10 uur ook klaar om te gaan. Een ritje van 216 km voor de boeg. Niet zo lang, zodat we nog de avondrit voor het eten konden gaan rijden. De dag ervoor hadden we de motors al afgetankt, dus we konden meteen vertrekken. Het was een mooie route. Lekkere bochtige wegen waar we lekker door konden rijden. Alleen weer regelmatig wegwerkzaamheden. Een keer zijn we bij werkzaamheden zo aan het rondrijden geweest, en weer in de volgende opgebroken weg gekomen zodat we uiteindelijk weer op dezelfde weg terug kwamen. Dus nog maar een rondje om te proberen. En zelfs op een punt toch geprobeerd om door de wegwerkzaamheden te rijden. Was daar gewoon een stuk weg weggeslagen. Dus maar weer terug. Kwamen we langs het terras waar we de dag ervoor een goede schnitzel gegeten hebben. Daar dus maar gestopt om een bak koffie en een stuk gebak te nuttigen. Daarna kwam de groep van Mari van Weert ook weer langs, en legde ook aan voor een bak koffie. Toen wij weer verder reden vonden we wel de juiste route. Even gestopt om naar Mari te bellen om door te geven hoe hij wel moest rijden. Op dat punt hadden we nog een mooi uitzicht op het kasteel van Manderscheid. Daarna reden we weer lekker verder, over die prachtige Duitse bergweggetjes. Reden we op zo'n heerlijke weg met van die lange snelle lange bochten, en toen gebeurde het. Eerst sloten er twee Duitsers aan bij onze groep. Na een lange snelle bocht zag ik er twee stoppen en dacht dat die Duitsers stopte. Na nog zo'n heerlijke en hele lange snelle bocht zag ik dat Joost niet achter me zat, maar een Duitse motorrijder. En daar achter zat niemand meer. Dat was niet goed. Meteen omgedraaid en terug gereden en daar zat iemand in de berm, van de buitenbocht. Peter was onderuit gegaan. Hij had de bocht iets te ruim genomen, omdat hij dacht dat er iets op de weg lag. Hij kwam daardoor in de berm en op het fietspad. Al die tijd kon hij de motor nog recht houden. Alleen naast het fietspad lag ook nog een stoeprandje, en daar gingen de wielen niet meer overheen. Hij viel op zijn rechter zijkant. Heel de zijkant van de motor in elkaar en ook Peter zijn rechter zijkant in de kreukels. Hij had veel last van zijn enkel en zijn schouder. De twee Duitsers waren ook gestopt, en een van hen had al naar de ambulance gebeld. Al snel stopte er een Duitse motorrijder met een groene kawasaki ZXR400. Hij was eerst voorbij gekomen en over de zijk dat hij de bocht niet kon maken omdat er een aantal auto's niet door reden. Hij kwam terug en stopte om te kijken wat er gebeurt was. Toen hij zag dat Peter onderuit was gegaan vroeg hij meteen hoe het met Peter ging, en bood al snel en oplossing voor zijn motor. Hij woonde 3 km verderop en de ADAC zou nog uren gaan duren. Een vriend van hem werkte daar en die hadden gedurende het weekeind al een stuk of 14 motoren opgeladen. We konden de motor wel bij hem thuis in de garage parkeren. Daar hebben we hem rustig naartoe gereden. Dat kon nog net, en ondertussen was de politie op de locatie van het ongeluk komen kijken. Ze wilde de motor zien. Waarschijnlijk om te bekijken hoe snel het was gegaan. Alleen de ziekenwagen was nog niet geweest. Ondertussen stopte ook de groep van Mari van Weert en Gerard van Gils en kwam de ziekenwagen aan. Nadat Peter meegenomen was door de ziekenwagen reden Mari en Gerard weer verder. Wij zijn naar Zell gegaan om Peter in het ziekenhuis op te zoeken. Daar lag Peter al op een ziekenhuisbed te wachten voor de röntgen foto's. We hebben hem daar in de wachtkamer maar gezelschap gehouden, aangezien de “fotograaf” lang op zich liet wachten. Het bleek achteraf dat de dames aan de thee zaten. Na de foto's werd Peter de eerste behandelkamer in gereden, waar we weer met hem mochten praten. Er was op de foto's al te zien dat hij zijn enkel gebroken had, wat dus in de gips moest. Ook zou hij de nacht zeker in het ziekenhuis doorbrengen, waardoor wij moesten regelen dat hij in het ziekenhuis ingeschreven werd. In ons beste Duits werd dat aan de balie bij de hoofdingang geregeld. Alleen hadden ze nog een document van de ziektekostenverzekering van Peter nodig. Dan maar naar Nederland telefoneren en dat proberen te regelen. Het kostte wat moeite, maar uiteindelijk was ook dat geregeld. Ondertussen had een Duitse zuster Peter zijn been al in de tijdelijke gips gezet, omdat zijn enkel nog enorm dik was. Daarna mocht hij naar een kamer gebracht. Wij konden niet meer veel doen, en het liep al tegen het eind van de middag, dus we besloten om maar naar Hotel Maas terug te gaan. Weer terug bij het hotel stond de rest net klaar om de avondrit te gaan rijden. De dag ervoor had een groep die rit al gereden, en die waren erg te spreken over de eerste 50 km, die zouden erg mooi zijn. Dus wij gingen ook mee. De eerste 20 km naar gingen naar Cochem, en waren inderdaad ook super mooi. Echter reden wij vanaf het begin achter een groep motorrijders (niet van onze club) die achter een aantal auto's aan bleven hangen. Het tempo lag dus relatief laag. In Cochem is Albert zijn eigen weg gegaan, om via de weg die wij 's middags op de terugweg van het ziekenhuis hadden gereden terug te gaan. Onderweg kwamen we bij een weg die we op de zaterdag ook al gereden hadden, en erg leuk was. Daarover zijn we toen terug gereden. Die begon met een aantal hele leuke haarspeldbochten, en daarna een snel stuk met alleen flauwe bochten. Na deze 50 km waren we weer goed op tijd terug voor het avondeten. Na wederom een goed buffet werd er een tweede poging gewaagd om een laptop en beamer klaar te zetten om New Kids Turbo te gaan kijken. Hiermee werd gewacht tot het bezoek aan Peter weer terug was van het ziekenhuis. De serveersters van Stefan zorgde dat we geen dorst konden lijden en bleven twaalf uur goed met bier lopen. Net voor twaalf uur kwamen ze zelfs vragen of ze nog wat bier moesten brengen, omdat het all-inclusief om twaalf uur afgelopen afgelopen was. Een hele goede bediening dus.
Maandag 13 juni 2011:
Vandaag was alweer de laatste dag. Het zag er niet goed uit voor de terugweg. Het was miezerig weer met wat motregen. Wel gaf buienradar aan dat het vanaf een uur of 10 droog zou gaan worden, en het zag er verder wel goed uit. Geen grote gebieden met regen op de buienradar te bekennen. Voordat we konden vertrekken moest er eerst nog een groepsfoto gemaakt worden voor Hotel Maas. Nadat een van de collega motorrijders van ons allen wel een stuk of tien foto's genomen had, zijn we ons maar gaan voorbereiden op de terug reis. De bus zat weer goed vol met bagage, en er was nog net de achterkant van een motor te herkennen wanneer je in de bus keek. De eerste groepen vertrokken nog met motregen, maar tegen de tijd dat wij vertrokken was het zo goed als droog. We hadden de groepen van Gerard en Albert samen gevoegd, omdat de groep van Albert nog maar erg klein was. Meteen in het begin bleek het dat de weg toch erg glad was door de regen. Ik draaide ergens een nieuw stuk weg op en gaf een klein beetje gas, en mijn achterwiel begon te spinnen. Toch maar even wat rustiger aan doen. Gelukkig was het al helemaal droog geworden en het duurde niet heel erg lang voordat de weg weer lekker droog was en we lekker door konden rijden. Op een gegeven moment vonden we aansluiting bij de groep van Mari van Weert. Deze hebben we een hele tijd gevolgd, maar toen er bij wegwerkzaamheden verkeerd gereden werd omdat we de straat van de route niet in konden, zijn we hen weer kwijt geraakt. Na in ongeveer 200 km heerlijk door het Duitse landschap gereden te hebben kwamen we in de buurt van Aachen aan. Daar hebben we nog goed geluncht (de meeste met zo'n heerlijke Duitse schnitzel), waarna we de snelweg op schoten om het laatste stuk over de snelweg richting Olland af te maken. De meeste vonden het wel mooi geweest en we kwamen met een voldaan gevoel in Olland aan. We waren de eerste groep die in Olland aankwam, maar de rest kwam na ons ook geleidelijk binnen. Op het terras bij Ton werd nog een tijd nagebuurt over het weekeind en wat gedronken. Iedereen was het er wel over eens dat dit weer een super goed weekeind was geweest. Helaas met enkele valpartijen waarbij Peter niet alleen materiële schade had, maar ook lichamelijk letsel, en niet met ons mee terug kon richting Olland. Na een super weekeind en zo'n 1350 km ging ik aan het eind van de middag op de tweede pinksterdag maar naar huis, weer uitkijkend naar het motorweekeind volgend jaar.
Henry van der Zanden